Vijf vragen (+1) aan… Herman Nijland

We willen Herman Nijland (59) spreken over de laagdrempelige bedrijfscultuur. Over hoe je de mentaliteit uit de pioniersjaren vasthoudt in tijden van groei. En of de komst van een nieuwe generatie veel verandert.

Het gesprek neemt echter een verrassende wending.

‘Over vijf jaar heb ik hier geen functie met verantwoordelijkheden meer.’

 

  1. Kun je jullie bedrijfscultuur karakteriseren?

‘Laagdrempelig. De directie zit niet in een kantoortoren. We dragen nooit een pak. Ik ben geen ingenieur en ook geen typische directeur. En net als al mijn collega’s neem ik een broodtrommeltje mee. Ik heb alleen net even een andere functie.’

 

  1. One of the guys zijn, is dat soms niet lastig? Bij moeilijke beslissingen bijvoorbeeld?

‘Intern heb ik daar geen last van. Onze medewerkers ken ik van haver tot gort. En zij weten precies wat ze aan mij hebben. Bij moeilijke beslissingen heb ik baat bij die band. Maar er kunnen ook altijd dingen beter. Dat zal ik meteen toegeven. Zo lopen wij serieus achter met de functioneringsgesprekken. “Dat doen we wel als het vriest”, zeggen wij dan. Maar ja, het vriest niet zo vaak meer hè? Het is ook geen hobby van me, zulke gesprekken. Als het goed is, dan is het goed; dat denk ik eigenlijk te snel. En terugkomend op die laagdrempeligheid: dat zit me juist meer in de weg tijdens gesprekken buiten de deur. Het wordt beter met de dag, maar externen bekijken ons nog steeds, vaker dan mij lief is, als een stratenmakersbedrijf. Terwijl we een volwaardige wegenbouwer zijn en totaalleverancier van infratechniek. Dat vind ik een keerzijde van mijn laagdrempelige profiel.’

 

  1. Als ik jou over vijf jaar nog eens zou interviewen, welke functie heb je dan?

‘Geen. Althans, geen functie met verantwoordelijkheden. Mart, de zoon van Roland (Koerhuis; red.) en onze dochter Jorinde zijn zich aan het oriënteren op de overname van het bedrijf. We onderzoeken momenteel of een overname van Klink-Nijland past bij hun ambities, wat er eventueel nog aan ontbreekt en hoe we dat passend kunnen krijgen. Hoe dat verloopt? Mart en Jorinde geven positieve signalen af, maar het is ook nog niet in kannen en kruiken. Dat hoeft ook niet. We hebben onszelf twee jaar gegeven voor dit traject. Op 1 januari 2026 moet er een besluit liggen. Eerder mag ook, maar dat is de streefdatum.’

 

  1. Je werkt ook al 42 jaar. Lonken de geraniums?

‘Nee. Thuiszitten lijkt me helemaal geen goed plan. Gaat ook niet gebeuren. Toevallig heb ik een tijdje terug een campertje opgehaald. Eens kijken of dat bevalt. En ik heb de watertoren in Raalte gekocht. Het idee is om daar te gaan wonen over een jaar of drie. Terug naar mijn roots in Raalte. We zijn volop aan het schaven met de bouwplannen. Het is een gemeentelijk monument. Niet alles kan en mag en we missen nog een paar vinkjes. Verder hoop ik dat ik betrokken blijf bij het bedrijf als de kinderen de zaak overnemen. Als cultuurbewaker zeg je? Mmm, neuh. Dat woord past niet zo bij mij. Hopelijk mag ik iets betekenen in de kwaliteitszorg. Net als nu locaties bezoeken, kijken of alles goed loopt. Kijk, Mart is calculator/werkvoorbereider. Jorinde heeft een achtergrond in de fiscale- en financiële dienstverlening. Gelet op hun kennis en kunde kunnen zij de functie van Roland prima overnemen. Met mijn takenpakket ligt dat lastiger. Het gevoel voor het handwerk missen ze nou eenmaal. Dat halen ze ook niet meer in. We zijn daarom op dit moment ook bezig om iemand binnen te halen die hoger geschoold is en ervaring heeft in het werkveld. Als dat lukt, dan denk ik dat die het bedrijf nog sterker kan maken.’

 

  1. Je doet hier niet geheimzinnig over. Terwijl zo’n verandering best gevoelig kan liggen in een hecht en goedlopend bedrijf. Vind je het geen probleem dat we dit allemaal opschrijven?

‘We hebben weinig geheimen voor elkaar. En zeg nou zelf, gelet op onze leeftijd is het niet wereldschokkend dat we zo langzamerhand gaan nadenken over de dagelijkse leiding van het bedrijf? Wat we niet willen, is de tent verkopen aan een externe partij. Dus dit lijkt ons het beste traject. En als het aan ons ligt, gaat die laagdrempelige cultuur niet veranderen. De manier waarop we het aansturen wel. Zelf denk ik dat het alleen maar professioneler wordt. Nieuwe mensen zullen nog beter in staat zijn om invulling aan de hedendaagse werkwijzen te geven’.

 

+ 1     Okay, dat waren vijf vragen. Je krijgt er eentje cadeau. Heb je nabranders?

‘Dat ik onwijs trots ben op wat we samen hebben bereikt. We zijn op de knieën begonnen, hebben magere jaren gekend, maar die tijd ligt achter ons. Ons bedrijf groeit en heeft een opwaardering ondergaan die nog steeds doorgaat.  De trein rijdt en dat is mooi, zeker nu we in een fase schuiven waarin we het bedrijf langzamerhand gaan overdragen aan een nieuwe generatie. Het is prettig dat we dat in een goede tijd doen.’